FLUCONAZOLLaatste bijwerking : 2021.08.29 |
|||||||||
Synoniem: | |||||||||
Toedieningsweg: | oraal, parenteraal | ||||||||
Klasse(n): | |||||||||
Preconceptie | 0-3 | 4-6 | 7-9 | Perinataal | Borstvoeding | |
---|---|---|---|---|---|---|
(ja) III | check I | check II | check II | check II | (ja) II | |
geen info | geen info | geen info |
Gebruik tijdens zwangerschap is mogelijk, maar beperkt, omdat complicaties voor de foetus niet uit te sluiten zijn.
Geen specifieke humane informatie beschikbaar.
Fluconazol had geen invloed op de vruchtbaarheid van vrouwelijke ratten die dagelijks orale doses van 5, 10, of 20 mg/kg of parenterale doses van 5, 25, of 75 mg/kg kregen [SKP Diflucan 12 2020].
De passage door de placenta-barrière is onbekend. Gegevens van enkele honderden zwangere vrouwen die met standaarddoses (< 200 mg/dag) fluconazol, toegediend als eenmalige of herhaalde dosis, in het eerste trimester behandeld werden, lieten geen verhoogd risico op bijwerkingen voor de foetus zien. Er bestaan meldingen van multipele congenitale misvormingen (waaronder brachycefalie, orodysplasie, reuze fonticulus anterior, gebogen femur en radio-humerale synostose) bij pasgeborenen van wie de moeder gedurende drie maanden of langer met hoge doses fluconazol (400 tot 800 mg per dag) was behandeld wegens coccidioidomycose [SKP Diflucan 12 2020].
In een cohortestudie [3] werd de incidentie van spontante abortus bestudeerd in 320.868 zwangerschappen. Hierbij ging de aandacht speciaal uit naar een mogelijk causaal verband met gebruik van fluconazol in een vroege fase van de zwangerschap. Er werd een onderscheid gemaakt tussen lage doses (= 150 mg éénmalig) en hoge doses (= > 150 mg) fluconazol in orale vorm. Mogelijke effecten van fluconazol werden vergeleken met controles die geen fluconazol hadden gebruikt.
Een lage dosis verhoogde de kans op spontane abortus significant: OR = 2,23 (95% BI 1,96-2,54) (n=345). Met hoge doses was de OR = 3,20 (95% BI 2,73-3,75) (n=249). Dit komt neer op een verhoging van het risico op spontane abortus met een factor 2 tot 3, afhankelijk van de dosis.
In deze studie ging het gebruik van fluconazol tijdens het 1ste trimester niet gepaard met congenitale misvormingen. Hoge doses tijdens het 1ste trimester leidden wel tot een verhoogd risico op niet normaal sluiten van het cardiaal septum: OR = 1,81 (95% BI 1,04-3,14) (N=13).
Er was geen verband tussen inname van fluconazol en doodgeboorte.
[LAREB 08 2021][Briggs][SKP Diflucan 12 2020][1][2][3].
Dierexperimenteel:Bij doses van 5 of 10 mg/kg werd geen effect op de foetus waargenomen. Bij doses van 25 mg/kg, 50 mg/kg en hoger namen de anatomische afwijkingen bij de foetus toe (overtollige ribben, verwijding van het nierbekken) en was de botvorming vertraagd. Bij doses van 80 tot 320 mg/kg werd een toename van de mortaliteit bij rattenembryo's waargenomen, evenals foetale misvormingen zoals golvende ribben, gehemeltespleet en abnormale craniofaciale ossificatie [SKP Diflucan 12 2020].
Tweede trimester:Zie eerste trimester.
Dierexperimenteel:Geen specifieke informatie beschikbaar.
Zie eerste trimester.
Dierexperimenteel:Geen specifieke informatie beschikbaar.
Perinataal (steeds rekening houden met de gegevens bij de actuele trimester) :Geen specifieke informatie beschikbaar.
Dierexperimenteel:Het begin van de baring was enigszins vertraagd bij 20 mg/kg oraal, dystokie en verlengde baring werd waargenomen bij enkele moederdieren (ratten) bij 20 mg/kg en 40 mg/kg intraveneus. De verstoorde baringen werden weerspiegeld in een lichte toename van het aantal doodgeboren jongen en een afname van de neonatale overleving bij deze doses. Deze effecten op de baring waren consistent met de soortspecifieke oestrogeen-verlagende eigenschap van hoge doses fluconazol. Een dergelijke hormonale verandering is niet waargenomen bij vrouwen die met fluconazol behandeld werden [SKP Diflucan 12 2020].
Opvolging :Geen specifieke informatie beschikbaar.
Dierexperimenteel:Geen specifieke informatie beschikbaar.
L2
Fluconazol wordt uitgescheiden in de moedermelk in lagere concentraties dan die in het plasma. Een zuigeling die 150ml/kg/dag drinkt, krijgt zo 0.34mg/kg/d binnen, wat overeenkomt met 5.8% van de pediatrische dosis (6mg/kg/dag) [Hale].
Volgens LAREB bedraagt de relatieve kinddosis na een enkelvoudige dosis al meer dan 15%. Fluconazol heeft bovendien een halfwaardetijd van meer dan één dag. Tot nu toe zijn geen nadelige effecten op de zuigeling beschreven. Bij een eenmalige dosis kan de borstvoeding worden voortgezet.
Kortdurend gebruik van enkele weken (100-200 mg gedurende 2-3 weken) kan worden afgewogen. In de praktijk wordt dit regelmatig in deze hoeveelheden gebruikt [LAREB 08 2021].
Dierexperimenteel:Geen specifieke informatie beschikbaar.
Preconceptie | Zwangerschap | Borstvoeding | ||||
---|---|---|---|---|---|---|
(ja) III | (ja) III | |||||
geen info | geen info | ← Condoom gebruiken / Onthouding |
Geen specifieke humane gegevens beschikbaar.
Dierexperimenteel onderzoek wijst niet op verlaging vruchtbaarheid bij mannen.
Geen specifieke humane gegevens beschikbaar. Dierexperimenteel onderzoek wijst niet op verlaging vruchtbaarheid bij mannen.
Dierexperimenteel:Fluconazol had geen invloed op de vruchtbaarheid van mannelijke ratten die dagelijks orale doses van 5, 10, of 20 mg/kg of parenterale doses van 5, 25, of 75 mg/kg kregen [SKP Diflucan 12 2020].
Geen specifieke informatie beschikbaar over de overgang via het sperma.
Dierexperimenteel:Geen specifieke informatie beschikbaar.
Geen specifieke informatie beschikbaar.
Geen specifieke informatie beschikbaar.