ISRADIPINELaatste bijwerking : 2022.07.18 |
|||||||||
Synoniem: | |||||||||
Toedieningsweg: | oraal | ||||||||
Klasse(n): | |||||||||
Preconceptie | 0-3 | 4-6 | 7-9 | Perinataal | Borstvoeding | |
---|---|---|---|---|---|---|
(ja) III | check III | check III | (ja) II | (ja) II | check III | |
geen info | geen info | geen info |
Er is onvoldoende informatie voor veilig gebruik, vooral tijdens het 1ste en 2de trimester. Tot nog toe werd geen verhoging vastgesteld van complicaties bij de foetus of pasgeborene.
Geen specifieke humane informatie beschikbaar.
Dierstudies tonen geen schadelijk effect op de fertiliteit [SKP Lomir 05 2019].
De klinische ervaring met isradipine bij zwangere vrouwen is onvoldoende [SKP Lomir 05 2019].
Dierexperimenteel:Dierproeven met therapeutische dosissen isradipine hebben geen directe noch indirecte schadelijke effecten op de zwangerschap, de embryofoetale ontwikkeling, de bevalling of de post natale ontwikkeling aangetoond [SKP Lomir 05 2019].
Tweede trimester:Zie eerste trimester.
Dierexperimenteel:Geen specifieke informatie beschikbaar.
Uit gegevens die beschikbaar zijn over een beperkt aantal zwangere vrouwen (n = 61) die tijdens het derde trimester isradipine gebruikt hebben, blijkt isradipine geen invloed te hebben op de zwangerschap, de gezondheidstoestand van de foetus of het kind. Oraal gebruik van isradipine tijdens het derde trimester gaf geen aanleiding tot een verandering van de foetale hartfrequentie, de doorbloeding van de uterus of de placenta en het tocolytisch effect lijkt gering [SKP Lomir 05 2019].
Dierexperimenteel:Dierproeven met therapeutische dosissen isradipine hebben geen directe noch indirecte schadelijke effecten op de zwangerschap, de embryofoetale ontwikkeling, de bevalling of de post natale ontwikkeling aangetoond. De waarnemingen bij dieren laten vermoeden dat hoge doses van isradipine de duur van de arbeid kunnen verlengen [SKP Lomir 05 2019].
Perinataal (steeds rekening houden met de gegevens bij de actuele trimester) :Zie derde trimester.
Dierexperimenteel:Zie derde trimester.
Opvolging :Geen specifieke informatie beschikbaar.
Dierexperimenteel:Geen specifieke informatie beschikbaar.
L3
De passage van isradipine in de moedermelk is onbekend. Isradipine heeft een hoge plasma eiwitbinding, maar een relatief belangrijk distributievolume en een laag moleculair gewicht. Indien nodig worden alternatieve Ca-kanaal blokkers aanbevolen. Hale vraagt aandacht voor volgende symptomen bij de zuigeling: gemis aan activiteit van de baby, bleekheid, gebrek aan eetlust [Hale][Briggs].
Dierexperimenteel:Bij vrouwelijke ratten komen kleine hoeveelheden isradipine in de melk terecht. Hoewel bij dierproeven met isradipine, toegediend tijdens het zogen, geen enkele bijwerking werd aangetoond, staat de veiligheid van het geneesmiddel bij kinderen die borstvoeding krijgen, niet vast [SKP Lomir 05 2019].
Preconceptie | Zwangerschap | Borstvoeding | ||||
---|---|---|---|---|---|---|
(ja) III | (ja) III | |||||
geen info | geen info | ← Condoom gebruiken / Onthouding |
Beperkte humane informatie beschikbaar.
Er werd melding gemaakt van reversiebele beïnvloeding van de functionaliteit van spermatozoïden door Ca-antagonisten in het algemeen.
Dierexperimenteel onderzoek wijst niet op complicaties.
Bij een aantal patiënten die behandeld werden met calciumkanaalblokkers zijn reversibele biochemische veranderingen in de kopjes van spermatozoa gerapporteerd. Zie “Klasse-tekst”.
Dierexperimenteel:Dierstudies met isradipine tonen geen schadelijk effect op de fertiliteit [SKP Lomir 05 2019].
Geen specifieke informatie beschikbaar over de overgang via het sperma.
Dierexperimenteel:Geen specifieke informatie beschikbaar.
Gegevens over het gebruik van calciumantagonisten tijdens honderden zwangerschappen wijzen tot nu toe niet op een verhoogd risico op nadelige effecten of teratogeniciteit voor de foetus of pasgeborene.
Volgens LAREB zijn de gegevens over Ca-antagonisten beperkt, vooral tijdens het eerste trimester. Tot nog toe werd geen verhoogde incidentie van geboorte afwijkingen vastgesteld. Als een calciumblokker nodig is, dan gaat de voorkeur uit naar verapamil en nifedipine [LAREB 06 2022].
LECRAT geeft dezelfde boodschap voor Ca-antagonisten: beperkte ervaring, maar geen verhoogde incidentie van geboorte afwijkingen. Indien Ca-antagonisten nodig zijn geeft LECRAT naast nifedipine (1ste keuze) ook nicardipine (2de keuze) aan [LECRAT 06 2022].
In tegenstelling met dierexperimentele gegevens, is er geen evidentie voor verminderde uteroplacentaire doorbloeding. Meer misvallen en vroeggeboorten werden vastgesteld, alsook laag geboortegewicht. Deze effecten worden eerder in verband gebracht met complicaties bij zwangeren en waarvoor Ca-antagonisten worden ingezet (hypertensie). Vooral nifedipine wordt gebruikt als tocolyticum, met de bedoeling vroegtijdige arbeid uit te stellen [Schaefer 2015].
Vermindering van mannelijke fertiliteit is beschreven bij gebruik van sommige calciumkanaalblokkers (reversibel). In enkele gevallen van in-vitro fertilisatie werden calciumantagonisten geassocieerd met reversibele biochemische veranderingen in de kop van de spermatozoïde, wat kan resulteren in een verzwakte functie van het sperma. Bij deze mannen waarbij herhaaldelijk geen bevruchting werd waargenomen en waarbij geen andere verklaring kan worden gevonden, kunnen calciumantagonisten worden beschouwd als een mogelijke reden (bron : SKP Ca-antagonisten).
Geen specifieke informatie beschikbaar.