FLUTICASON propionaatLaatste bijwerking : 2018.12.17 |
|||||||||
Synoniem: | |||||||||
Toedieningsweg: | topisch | ||||||||
Klasse(n): | |||||||||
Preconceptie | 0-3 | 4-6 | 7-9 | Perinataal | Borstvoeding | |
---|---|---|---|---|---|---|
(ja) III | (ja) II | (ja) II | (ja) II | (ja) II | (ja) II | |
geen info | geen info | geen info |
De codes gelden voor toepassing over beperkte lichaamsoppervlakte (< 30 g per maand van een preparaat met 0,05% of 0,005% fluticason respectievelijk in crème- of zalfbasis).
Geen specifieke informatie beschikbaar.
Er zijn weinig gegevens over het gebruik van fluticasonpropionaat bij zwangere vrouwen. De minimale hoeveelheid moet gedurende een minimale tijd worden gebruikt [SKP Cutivate 07 2017]. Epidemiologische studies suggereren dat er mogelijk een verhoogd risico op hazenlip (labium leporinum) zou zijn bij pasgeborenen van vrouwen die tijdens de eerste drie maanden van de zwangerschap behandeld werden met glucocorticosteroïden. Hazenlip is een zeldzame aandoening en indien systemische glucocorticosteroïden teratogeen zijn, kunnen zij zorgen voor een verhoging van 1 à 2 gevallen per 1000 vrouwen behandeld tijdens de zwangerschap. Gegevens over het gebruik van topische glucocorticosteroïden tijdens de zwangerschap zijn onvoldoende, een lager risico kan echter verwacht worden aangezien de systemische beschikbaarheid van glucocorticosteroïden die uitwendig toegepast worden zeer laag is. Over het algemeen moet het gebruik van topische preparaten met corticoïden vermeden worden gedurende de eerste trimester van de zwangerschap. In het bijzonder dient men toepassing op grote oppervlakken, langdurige behandeling of occlusieve verbanden te vermijden tijdens de zwangerschap [SKP Advantan 06 2014].
Dierexperimenteel:Topische toediening van corticosteroïden aan drachtige dieren kan teratogene effecten hebben. De relevantie van die observatie bij de mens is niet vastgesteld [SKP Cutivate 07 2017].
Tweede trimester:Zie eerste trimester.
Dierexperimenteel:Geen specifieke informatie beschikbaar.
Zie eerste trimester.
Dierexperimenteel:Geen specifieke informatie beschikbaar.
Perinataal (steeds rekening houden met de gegevens bij de actuele trimester) :Geen verdere gegevens zijn beschikbaar.
Dierexperimenteel:Geen specifieke informatie beschikbaar.
Opvolging :Geen specifieke informatie beschikbaar.
Dierexperimenteel:Geen specifieke informatie beschikbaar.
L3
De veiligheid van gebruik van topische corticosteroïden tijdens de periode van borstvoeding is niet vastgesteld. Het is niet bekend of de systemische absorptie bij topische toediening van corticosteroïden voldoende hoog is om het product in de moedermelk te kunnen detecteren [SKP Cutivate 07 2017]. Gezien de heel zwakke orale absorptie (1%), de beperkte systemische biobeschikbaarheid van fluticason propionaat en de snelle first-pass uptake door de lever is de overgang naar de moedermelk waarschijnlijk klinisch niet relevant, zelfs met hoge doses [Hale].
Dierexperimenteel:Wanneer meetbare plasmaconcentraties werden bereikt bij zogende laboratoriumratten die subcutaan fluticason propionaat hadden gekregen, is fluticason aangetoond in de melk [SKP Cutivate 07 2017].
Preconceptie | Zwangerschap | Borstvoeding | ||||
---|---|---|---|---|---|---|
(ja) III | (ja) III | |||||
geen info | geen info | ← Condoom gebruiken / Onthouding |
Geen specifieke gegevens beschikbaar
Geen specifieke informatie beschikbaar.
Dierexperimenteel:Geen specifieke informatie beschikbaar.
Geen specifieke informatie beschikbaar over de overgang via het sperma.
Dierexperimenteel:Geen specifieke informatie beschikbaar.
Hale, Medications and Mothers´Milk, 17th Edition, 2017
Wetenschappelijke bijsluiter (SKP Samenvatting van de Kenmerken van het Product)
Briggs G, Freeman R, Yaffe S.Drugs in Pregnancy and Lactation, 10th edition, Philadelphia 2015;
Geen specifieke informatie beschikbaar.
Geen specifieke informatie beschikbaar.