ASENAPINE MALEAATLaatste bijwerking : 2018.06.12 |
|||||||||
Synoniem: | |||||||||
Toedieningsweg: | oraal | ||||||||
Klasse(n): | |||||||||
Preconceptie | 0-3 | 4-6 | 7-9 | Perinataal | Borstvoeding | |
---|---|---|---|---|---|---|
(ja) III | check III | check III | check II | check II | check III | |
geen info | geen info | geen info |
Onvoldoende humane gegevens beschikbaar. Voor het 3de trimester en de perinatale periode geldt een klasse effect.
Geen specifieke humane informatie beschikbaar.
In niet-klinische onderzoeken is geen afname van de vruchtbaarheid waargenomen [SKP Sycrest 05 2015].
De passage van asenapine door de placenta-barrière is onbekend, doch verwacht (laag MG, lange T1/2) [Briggs]. Er zijn niet voldoende gegevens beschikbaar over het gebruik van asenapine bij zwangere vrouwen [SKP Sycrest 05 2015].
Dierexperimenteel:In dieronderzoeken bij ratten en konijnen was asenapine niet teratogeen. Bij dieronderzoeken zijn toxische effecten op de moeder en het embryo vastgesteld [SKP Sycrest 05 2015].
Tweede trimester:Zie eerste trimester.
Dierexperimenteel:Geen specifieke informatie beschikbaar.
Pasgeboren baby’s die tijdens het derde trimester van de zwangerschap zijn blootgesteld aan antipsychotica (waaronder asenapine), lopen risico op bijwerkingen na de bevalling waaronder extrapiramidale symptomen en/of onttrekkingsverschijnselen die kunnen variëren in ernst en in duur. Er zijn meldingen van agitatie, hypertonie, hypotonie, tremor, slaperigheid, ademnood of voedingsstoornis bij pasgeboren baby’s. Pasgeboren baby’s moeten daarom nauwlettend worden gecontroleerd [SKP Sycrest 05 2015].
Dierexperimenteel:Geen specifieke informatie beschikbaar.
Perinataal (steeds rekening houden met de gegevens bij de actuele trimester) :Zie derde trimester.
Dierexperimenteel:Geen specifieke informatie beschikbaar.
Opvolging :Geen specifieke informatie beschikbaar.
Dierexperimenteel:Geen specifieke informatie beschikbaar.
L3
Het is niet bekend of asenapine/metabolieten in de moedermelk wordt/worden uitgescheiden [SKP Sycrest 05 2015], maar de overgang is verwacht (laag MG, lange T1/2) [Briggs].
Dierexperimenteel:Asenapine werd tijdens de lactatieperiode van ratten in de melk uitgescheiden [SKP Sycrest 05 2015].
Preconceptie | Zwangerschap | Borstvoeding | ||||
---|---|---|---|---|---|---|
(ja) III | (ja) III | |||||
geen info | geen info | ← Condoom gebruiken / Onthouding |
Geen specifieke gegevens beschikbaar
Geen specifieke informatie beschikbaar.
Dierexperimenteel:Geen specifieke informatie beschikbaar.
Geen specifieke informatie beschikbaar over de overgang via het sperma.
Dierexperimenteel:Geen specifieke informatie beschikbaar.
KLASSETEKST Antipsychotica
Preconceptie
Het is mogelijk dat vrouwen met schizofrenie en affectieve stoornissen meer kans lopen op complicaties tijdens zwangerschap, waaronder verminderde vruchtbaarheid. Ook typische antipsychotica zouden de fertiliteit verlagen. Dat zou niet het geval zijn met atypische antipsychotica. Het effect wordt onder ander in verband gebracht met beïnvloeding van prolactineproductie [1].
Behandeling
Hierbij enkele principes gebaseerd op de NICE richtlijnen (2014) [3] :
* Antipsychotische medicatie gestart vóór de zwangerschap moet verdergezet worden tijdens de zwangerschap indien er een risico bestaat op herval zonder medicatie.
* Het meten van prolactine is nuttig bij medicatie die prolactine kan verhogen (typische antipsychotica). Bij voorkeur worden atypische antipsychotica gebruikt.
* Indien mogelijk kan psychotherapie in overweging genomen worden in plaats van medicatie of als ondersteunende maatregel bij medicatie.
* Medicatie is nodig bij het ontwikkelen van manie/psychose.
* Antipsychotica zijn aangewezen bij bipolaire stoornissen wanneer tijdens zwangerschap Lithium wordt gestopt of wanneer borstvoeding wordt gepland.
* Borstvoeding: observatie van de zuigeling is nodig om ongewenste effecten te detecteren en de therapie desgewenst aan te passen.
Diabetes
Er bestaat een verhoogde kans op zwangerschapsdiabetes bij het voortzetten van antipsychotica tijdens zwangerschap. Er zijn vergelijkende gegevens qua incidentie voor atypische antipsychotica, tussen zwangeren bij wie de therapie werd verdergezet en deze waarbij de therapie werd gestopt [2] :
-Aripiprazol: 4,8% (verderzetten) versus 4,5% (stoppen). OR=0,82 (95% BI 0,50-1,33)
-Quetiapine: 7,1% (verderzetten) versus 4,1% (stoppen). OR=1,28 (95% BI 1,01-1,62)
-Risperidon: 6,4% (verderzetten) versus 4,1% (stoppen). OR=1,09 (95% BI 0,70-1,70)
-Olanzapine: 12,0% (verderzetten) versus 4,7% (stoppen). OR=1,61 (95% BI 1,13-2,29). Bij olanzapine treedt een dosis-effect relatie op.
Bronnen
[1] Mc Cauley-Elsom et al. Antipsychotics in pregnancy. Journal of Psychiatric and Mental Health Nursing, 2010, 17, 97–104.
[2] Park Y. et al. Continuation of Atypical Antipsychotic Medication During Early Pregnancy and the Risk of Gestational Diabetes. AmJ Psychiatry 2018; 175:564–574.
[3] Poo SXW, Agius M. Atypical antipsychotics for schizophrenia and/or bipolar disorder in pregnancy: current recommendations and updates in the nice guidelines. Psychiatria Danubina, 2015; Vol. 27, Suppl. 1, pp
Geen specifieke informatie beschikbaar.